DE VERMOMDE CHRISTUS.

Iedereen, die iets vaker dan een paar maal in zijn leven een christelijke kerk bezoekt, kent de uitspraken van Jezus, de Christus:
“Ik was hongerig en je hebt Mij te eten gegeven. Ik was dorstig en je hebt Mij te drinken gegeven. Ik was naakt en je hebt Mij gekleed…… Wat je de minste der Mijnen hebt gedaan, heb je Mij gedaan”. Boeiende teksten, waarin Jezus van Nazareth zich identificeert met de behoeftige mens. Een stakker is dus: Jezus-in-vermomming.

Een doodgewone woensdag, 11.00 uur in de morgen. Met een paar Dominicanen-huisgenoten zitten we aan de koffie. Er wordt gebeld. Ik sta op en doe open. Een man van naar schatting vijftig jaar kijkt me hoopvol aan. Hij kwam een beetje geld vragen. Dan kon hij zijn moeder (!) bellen, die hem dan geld zou sturen. Hij kende pater de Jong goed, want hij had met hem onderhandeld over tentoonstellingen en zo. Pater de Jong zou hem zeker het benodigde bedrag geven, maar die was blijkbaar niet thuis?

Nu heet ik al meer dan vijfenzeventig jaar Leo de Jong en bijna vijftig jaar pater de Jong, dus de man moest mij hebben zonder dat hij wist, dat hij mij moest hebben! Hij kende mij niet en ik kende hem niet, maar dat klopte dus, want “Hij zou eigenlijk pater de Jong moeten spreken en niet mij”. Best wel leuk om in zo’n situatie verzeild te raken, toch? Ik besloot het spel dus maar mee te spelen.

Hij vroeg om een klein bedrag, dus dat viel ditmaal mee  Want die “Vermomde Christussen” zijn echt niet te beroerd om je hun nood zo ten toon te spreiden, dat je er met honderd euro niet van af komt. Ik zei dus, dat ik het geld even ging halen om het hem te geven. Nou, dat kwam hem erg goed uit, want pater de Jong zou hem ook…..

Ik ging naar mijn koffiedrinkende confraters en wij kwamen tot de conclusie, dat dit verhaal zo interessant was, dat niemand het zou geloven, als ik het had verzonnen. Terug naar de vragende man aan de deur. Ik gaf hem het bedragje. Hartelijke dankbetuigingen stroomden over mij heen. De man maakte daarna aanstalten om te vertrekken. Ik vroeg: “Zal ik pater de Jong de groeten van u doen?” Ja, dat moest ik zeker doen, want pater de Jong was een goede bekende, die….. De vermomde Christus liep weg en ik sloot de deur en ging terug naar mijn koffie, ditmaal niet met een koekje, maar met een  verhaal.

Maar als ik Jezus van Nazareth binnenkort toch nog eens spreek, moet ik Hem er wel even op wijzen, dat er twee mogelijkheden zijn.
Ofwel, dat Zijn geheugen er na tweeduizend jaar toch wat op achteruit dreigt te gaan.
Ofwel, dat zijn vermomming soms gebruikt wordt door mensen met wel heel interessante smoesjes. Maar goed: deze ervaring was mij het kleine bedragje in euro’s wel waard. Kan je nog eens om Jezus Christus lachen, toch?

Leon. Raph. de Jong o.p.